Is het dat dochters scheidingen veroorzaken. Of zit het er misschien in dat mannen liever zonen hebben en daarom sterker geneigd zijn om in een huwelijk dat zonen voortbrengt, te blijven. Het ligt allemaal toch even anders.
Het symptoom
Econoom Hamoudi en zijn collega sociologe Jenna Nobles stellen dat het feit dat stellen met dochters vaker scheiden op een andere manier te verklaren valt. De dochters zijn niet de oorzaak van de scheiding, maar slechts een symptoom van een slechte relatie.
Het onderzoek
Zij trekken die conclusie nadat ze gegevens die tussen 1979 en 2010 van een grote groep Amerikanen verzameld werd, bestudeerden. Ze ontdekten dat de kans dat een stel uit elkaar ging goed te voorspellen was door te kijken naar de mate waarin de twee ruzie hadden. Op zich niet heel verrassend. Wat wel opvallend was, was dat de mate waarin mensen op een bepaald moment in hun relatie ruzie maakten heel goed gebruikt kon worden om te voorspellen of ze in een later stadium een dochter of een zoon kregen. Vrouwen die meldden dat ze meer ruzies hadden met hun partner hadden in de jaren die volgden een iets grotere kans om een dochter te krijgen. De klok begint niet pas te tikken bij de geboorte.
Overlevingskansen
De onderzoekers wijzen erop dat meisjes en vrouwen meer kunnen hebben dan jongens en mannen. Op elke willekeurige leeftijd tussen de 0 en 100 jaar sterven er meer mannen en jongens dan vrouwen en meisjes. En er is gedegen bewijs dat vrouwelijke embryo’s reeds in de baarmoeder beter bestand zijn tegen stress en andere negatieve invloeden dan mannelijke embryo’s. “Meisjes overleven stressvolle zwangerschappen die jongens wellicht niet kunnen overleven,” concludeert Hamoudi. Dat koppels met meisjes een grotere kans hebben om te scheiden, komt dan ook niet door hun dochters. Hun dochters zijn eerder het resultaat van een relatie die altijd al veel stress opleverde. “Dus meisjes hebben een grotere kans dan jongens om ter wereld te komen in een huwelijk dat reeds onder druk stond.
Andere kijk
Het onderzoek geeft een heel andere kijk op de situatie. En misschien moeten we die kijk ook loslaten op vergelijkbare onderzoeken naar populaties en families. Wanneer wetenschappers bepaalde gebeurtenissen in populaties of families bestuderen, begint hun analyse bij de geboorte van mensen. Maar dit onderzoek suggereert dat dat te laat is. “Het is tijd dat populatie-onderzoek ook de zwangerschapsperiode meeneemt. De klok begint niet pas te tikken bij de geboorte.