Door een scheiding kan het contact tussen grootouders en kleinkinderen een flinke deuk oplopen. Dit gebeurt soms wanneer er ruzie ontstaat in de familie. Er zijn tal van grootouders die hun kleinkinderen niet meer zien en niet horen hoe het met de kleinkinderen gaat. Sommige grootouders zouden heel graag een omgangsregeling met hun kleinkinderen hebben. Toch is het behoorlijk lastig om dit voor elkaar te krijgen.
De rol van de grootouders
Grootouders vervullen in deze tijd een belangrijke rol bij de opvoeding van de kleinkinderen. Er zijn veel gezinnen waarbij beide partners moeten werken om financieel gezien het hoofd boven water te houden. Door het inperken van de kinderopvangtoeslag zijn steeds meer ouders aangewezen op opa en oma. Hierdoor komt het vaak voor dat grootouders één of meerdere dagen per week op de kleinkinderen passen. Grootouders en kleinkinderen krijgen door dit intensieve contact een hechte band.Hierdoor valt het des te zwaarder als het contact met een kleinkind wegvalt door de scheiding.
De omgangsregeling
Bij een scheiding wordt er in eerste instantie van uit gegaan dat de omgang met de grootouders blijft zoals dit eerder het geval was. In de praktijk blijkt dit lastiger. Er is onenigheid, er zijn verwijten en dan worden helaas toch al snel de kinderen als machtsmiddel ingezet. Om dit te voorkomen kunnen ouders tijdens de scheiding in het ouderschapsplan aandacht besteden aan de omgang met de grootouders. In steeds meer ouderschapsplannen worden dit soort zaken vastgelegd.
Juridische procedure
Helaas gaat het soms toch mis en wordt het contact met de grootouders verbroken. In die gevallen kunnen grootouders een juridische procedure starten om omgang met de kleinkinderen af te dwingen. Dit kan echter alleen als er tussen het kind en de grootouders een ‘nauwe persoonlijke betrekking’ bestaat. Dit wordt ook wel “family life” genoemd. Hiermee wordt een hechte familieband bedoeld. Eens per week oppassen is hierbij niet voldoende. Zij moeten echt kunnen aantonen dat zij een grote rol hebben gespeeld in de verzorging en de opvoeding van de kleinkinderen. De grootouders moeten dit bewijzen en dat is vaak behoorlijk lastig. Zodra de hechte familieband is bewezen, kijkt de rechter naar het belang van het kind.
Kans van slagen
De uitkomst van de procedure om tot een omgangsregeling te komen is onzeker. Er zijn in het verleden verschillende uitspraken geweest, zowel positief als negatief. Het argument dat er sprake is van ‘family life’ is een belangrijke factor. Doordat steeds meer gezinnen een beroep doen op de grootouders als oppas, wordt het wel steeds makkelijker om te bewijzen dat er sprake is van een hechte familieband. De verwachting is dan ook dat steeds meer van deze zaken een positieve uitkomst zullen hebben.